Telecom en privacy door de tijd heen

Toen de vaste telefoon in 1876 werd uitgevonden, was privacy geen centraal thema.

Wist je dat meerdere huishoudens vaak één telefoonlijn deelden, waardoor gesprekken afluisterbaar waren? Hoewel dit enigszins als buitenstaander ludiek kan ogen, zou het voor jezelf indertijd niet bepaald als muziek in de oren klinken als je had geweten dat je buurman of buurvrouw je privégesprekken meebeluisterde.

In de vroege jaren van telefonie, radio en zelfs de elektrische telegraaf werden pogingen gedaan om communicatie te beveiligen. Echter, het versleutelen van mobiele telefoongesprekken met algoritmen werd pas later mogelijk. In 1975 werd het Data Encryption Standard (DES) algoritme geïntroduceerd, wat voor lange tijd een veelgebruikte geverifieerde methode werd voor het beveiligen van gegevens.

Wetten, waaronder de e-privacyrichtlijn (2002) in de EU, vormden een belangrijk keerpunt. Ze werden ingevoerd om nationale veiligheid te waarborgen, maar creëerden ook implicaties voor privacy door bijvoorbeeld geavanceerde surveillancetechnologieën te gebruiken om criminaliteit te bestrijden. Met de opkomst van smartphones, apps en 5G verzamelen telecomnetwerken enorme hoeveelheden persoonlijke gegevens aan ongeziene snelheden.

Dat in deze razendsnelle technologische (r)evolutie het ethisch correct verzamelen en gebruiken van gegevens een aandachtspunt blijft, staat buiten kijf. Essentieel om individuele privacyrechten te waarborgen. Steeds met een kritische blik en juiste toepassing van privacybeschermende maatregelen. Denk maar aan end-to-end-encryptie, dat communicatie-inhoud onleesbaar maakt voor de telecomprovider.

Belt jouw organisatie al in een hightech Cloud?